Waarom wou je dit verhaal precies vertellen?
Gisler: “Omdat het een erg geladen onderwerp is. Ik herinner me dat er twintig jaar geleden een Zweed uit de vierde divisie uit de kast kwam en zijn verhaal in alle Europese pers stond omdat het zo’n taboe is. Toen mijn co-writer het idee suggereerde, vond ik het niet meteen origineel om voetbal aan een homoseksueel liefdesverhaal te koppelen. Ik dacht dat er al dergelijke films bestonden, maar na onderzoek bleek dit toen helemaal niet het geval te zijn.”
Je kon ook voor een andere sport kiezen, waarom voetbal?
“Omdat het hier het moeilijkst is. Het dramaturgische idee dat er een liefde ontluikt in een verboden omgeving is natuurlijk een mooi conflict. Ik hou van onmogelijke liefdesverhalen zoals Romeo en Julia – in dit geval dus Romeo en Julio – en hier is het zo absurd. Ik vroeg me af waarom het in de voetbalwereld zo moeilijk is. Alle clubs en de mensen rondom zeggen: “Wij hebben er geen problemen mee, wij zouden elke speler die uit de kast komt steunen”, maar dat is een leugen. In het Duits spreken we van “Lippenbekenntnis”; ze spreken de woorden uit, maar menen niet wat ze zeggen.
Sprak je vooraf met homoseksuele voetballers om de film te maken?
“Ik sprak met Marcus Urban, een voormalige voetballer die na zijn carrière uit de kast kwam en toonde hem de eerste kladjes van het script. In mijn research leerde ik ook dat sommige clubs hun homoseksuele spelers beschermen en alles voor hen regelen. Enkel naar de buitenwereld toe moeten ze hun traditioneel imago hoog houden. Het fake vriendinnetje dat je ziet in de film, gebeurt dus ook in het echt.”
Zijn er clichés die je zeker wou vermijden?
“Ik moest de clichés wel gebruiken, want ze zijn ook vaak waar, maar ben er bewust anders mee omgesprongen. Zo wou ik niet te veel focussen op homofobe beledigingen, hoewel die wel degelijk dagelijkse kost zijn. Daarom gebeurt het een keer dat een teamgenoot in de film roept: “Wat een mietjespas was dat?” Ik moet dit tonen, maar wou hierin niet overdrijven.
De douchescène heb ik daarom ook tegenstrijdig gemaakt: je kan niet weten of het enkel Mario is die zich inbeeldt dat zijn teamgenoten zich anders gedragen in de douche of of er werkelijk iets gaande is. Ik wilde zijn paranoia in beeld brengen. Want zo is het ook bij homofobie: het is politiek incorrect dus het zit vaak onderhuids en is het niet altijd voor iedereen herkenbaar.
Was het moeilijk om de twee hoofdacteurs te vinden?
“Het was eigenlijk heel simpel. Ik wou zeker met Max (Mario in de film) werken omdat hij in Zwitserland de beste acteur van zijn leeftijd is. Wanneer ik hoorde dat hij ook jarenlang voetbalde, wist ik dat hij de perfecte man was. Ik wou bovendien jongens die weinig vrouwelijke trekjes hadden, want ik wou niet dat het publiek zou denken: “Tuurlijk is die homo.” Het moest meer als een verrassing komen. Dit is ook waarom ik zo van Brokeback Mountain hou, omdat je nooit zou denken dat die twee mannen homo zijn en toch worden ze verliefd op elkaar. Het brengt een boodschap dat liefde overal is. Liefde overvalt je op een bepaald moment en je kan het niet voorspellen.”
Er zijn ook enkele liefdesscènes, hoe zorgde je ervoor dat ze zich op hun gemak voelden bij elkaar?
“Voordien hebben we heel vaak gerepeteerd en zorgden we ervoor dat ze elkaar goed leerden kennen. Max en Aaron werden zo vrienden en vinden elkaar erg leuk. Het blijven acteurs dus ze weten dat een deel van hun job ook liefdesscènes zijn. Het maakt hen ook niet uit of dit met een vrouw of man is. Mijn Franse cameravouw Sophie Maintigneux en ik waren altijd heel duidelijk met hen over wat we gingen doen, waarom en wat het publiek op het scherm zou zien. Als je hierover communiceert met je acteurs, voelen ze zich veilig en vertrouwen ze je. Een van de scènes waar ik het meest van hou, is bijvoorbeeld als ze beiden naakt in bed liggen en Mario een nachtmerrie heeft. Leon kalmeert hem met een klein gebaar, ook al is ook hij niet echt bij bewustzijn. Op dit moment in de film kan je de echte liefde tussen de twee personages voelen.”
Wat was het moeilijkste om te filmen?
“Dat waren toch alle voetbalscènes, zowel technisch als emotioneel, omdat ze heel erg uitdagend waren. Mario moet bijvoorbeeld in de laatste scène op doel schieten, dit hebben we zo’n 15 keer opnieuw gefilmd. Ook voor mij als regisseur was het extra zwaar omdat ik geen voetbalkenner ben en ik met een coach werkte. We huurden een leeg stadion en moesten de klus op één dag klaren. Daarna moesten we het publiek op een natuurlijk wijze in beeld brengen om het achteraf geloofwaardig te monteren. We stonden dus onder grote druk om het realistisch te maken. Dat was een hele uitdaging, veel zwaarder dan de liefdesscènes.” (lacht)
Een van die voetbalscènes is het debuut van Mario in Duitsland, waar je een vol en luid stadion ziet.
“Ik wou hiermee tonen wat het echt betekent om een professioneel voetballer te zijn. In de hele film spreken ze over Marios kans om prof worden, maar als je het niet ziet, blijft het theoretisch. De eerste keer dat Mario in de basiselftal staat en het veld opwandelt, toont wat het betekent om op professioneel niveau te voetballen: voor de ogen van 30.000 mensen. Toen ik mijn research deed en ik naar enkele grote wedstrijden ging, voelde ik de zeer emotionele, mannelijke atmosfeer. Er is geroep, er wordt geweend of er komen tal van andere emoties aan te pas. Toen voelde ik dat het moeilijk moet zijn om uit de kast te komen met zo’n grote groep van supporters die je kunnen beledigen.”
Wat zal er moeten veranderen dat voetballers van het hoogste niveau uit de kast komen?
“Landen zoals Rusland, Iran en Qatar zullen holebivriendelijker moeten worden. Voetbal is zo’n big business en mensenrechten staan pas achteraan het lijstje in een wereld waar alles om geld draait. Een homoseksuele voetballer is bang dat als hij uit de kast komt, heel veel clubs hem zullen weigeren aan te kopen, want veel clubs hebben een eigenaar uit deze landen. En wanneer clubs een homoseksuele voetballer aankopen, zijn ze niet zeker dat zijn markwaarde zal stijgen omdat andere clubs misschien niet meer geïnteresseerd zijn om hem te kopen. Dus het grootste probleem is de grote business achter de sport. Europese clubs zouden hierin het verschil kunnen maken en aan de rest van de wereld het goeie voorbeeld tonen. Vorig jaar was er sprake dat een paar Engelse voetballers uit de Premier League samen uit de kast zouden komen, maar er is niets gebeurd. Ik denk dat te veel mensen tegen hun coming out waren.”
Is het jouw wens om met deze film een verandering teweeg te brengen?
“Wanneer deze film een Oscar wint, zal hij misschien de wereld veranderen, maar je mag niet vergeten dat dit een arthouse film is voor een publiek die vaak al op de hoogte is van het probleem en openstaat voor homoseksuele voetballers. Het doel is vooral om de discussie levend te houden. Het zal in kleine stapjes moeten gebeuren en alle groepen die strijden om gelijkwaardigheid in sport zijn even belangrijk als deze film. Dit is gewoon een nieuwe stukje in de hele puzzel.”
Wat zou je zeggen tegen jonge voetballers die nu in dezelfde situatie zitten als Mario?
“In een ideale wereld zou ik zeggen dat ze dapper moeten zijn en gewoon zichzelf zijn, maar tegelijk weet ik dat ze op die manier hun professionele carrière ondermijnen. Dus zou ik hen eerlijk vertellen wat de huidige situatie nu is. Ik sprak met Corny Littmann, de gewezen president van FC St. Pauli (de Duitse voetbalploeg die ook in de film te zien is) die openlijk gay en een drag queen is. Zelfs hij zou een speler niet aanraden om uit de kast te komen als die nog een professionele voetbalcarrière wil. In zijn club zou de speler alle steun van de wereld krijgen, maar als hij ooit zou veranderen van club, zou hij dom zijn om uit de kast te komen. Als zelfs een homoseksuele directeur dit al zegt… maar wie weet staan er plots enkele dappere mensen op die beslissen dat de tijd rijp is stoppen met deze hypocrisie. Helaas ben ik momenteel nog niet zo optimistisch.”