Ik speelde voetbal van mijn 6 tot 17 jaar. Tot mijn 14 of 15 jaar heb ik bij de mannen gespeeld. Nadien speelde ik nog drie jaar voor de vrouwenploeg. Ik heb overwegend positieve ervaringen gehad, maar uiteindelijk werd het te zwaar voor mij om alles, waaronder mijn transitie, te dragen. Het was onder andere te moeilijk om me goed te voelen tussen de vrouwen. Ik heb alles dan ook stilgelegd, uit keuze voor mezelf en mijn mentaal welzijn en heb met pijn in het hart gezegd dat ik stopte met voetballen.
“Mijn advies aan alle non-binaire en trans personen: wat ze ook denken of zeggen over jou, het belangrijkste is om te blijven sporten. Er zijn genoeg mensen die je wel zullen helpen en steunen.”
SPORT ALS ONMOGELIJKE OPDRACHT
Er wordt bijvoorbeeld verwacht dat je samen doucht. Ik heb dat nooit gedaan. Toch niet meer sinds mijn puberteit. Ik heb nooit op de club gedoucht, altijd thuis. Ik was altijd als een van de eersten uit de kleedkamer. Zelfs in het zaalvoetbal heb ik nooit op de club gedoucht. Nochtans waren het daar allemaal mannen en douchten ze in hun ondergoed.
Waarom ik dat niet deed, is moeilijk uit te leggen… Jij zit niet in het juiste lichaam of je voelt je niet goed in je vel en je moet dan douchen met mensen waarvan je denkt dat ze zich wel goed voelen. Dat voelt heel raar. Ik wou dat niet, want ik wist toen ook niet goed wat er aan de hand was en wat ik voelde. Zelfs met ondergoed douchen, zoals op de zaalvoetbalclub, blijft moeilijk. Ik draaide me meestal gewoon met mijn rug naar de rest toe.
Het zijn deze dingen die ervoor zorgden dat ik eigenlijk geen plezier meer haalde uit het voetbal. Tijdens trainingen of wedstrijden lukte dat nog, omdat de focus volledig op de sport lag, maar daarbuiten ging het niet meer voor mij. Dat was te moeilijk. Bovendien is er ook altijd de angst voor wat mensen gaan denken of welke vragen ze gaan stellen. Als ze ineens weten dat je een transgender persoon bent, gaan ze roddelen of anders doen. Dat heb ik niet meegemaakt op sportvlak, maar wel al op school.
JE UITLAATKLEP VALT WEG
Voetballen was een moment van bevrijding. Ik kon me op iets anders focussen dan mijn gevoelens en dat was echt een opluchting. Ik merk ook in mijn omgeving dat ze het sporten echt wel missen. Mijn beste vriend, ook voetballer, is net als mij gestopt vanwege het feit dat hij zich niet goed voelde in zijn lichaam en in transitie wilde gaan.
“Ik vind het jammer dat ik dat plezier in het voetbal kwijtgeraakt ben. Dat was een uitlaatklep, niets anders deed er toe en je kon al je zorgen vergeten. Enkel het voetballen en de wedstrijd winnen telde.”
Ik ken ook wel mensen die met hun transitie bezig zijn, maar toch nog altijd bij hun vroegere club spelen. Ik vind het goed dat dit kan in het voetbal (cfr. genderdispentatie). Ik wou dat meerdere sporten dit konden toelaten. Als je in transitie gaat en je wil bij je huidige ploeg blijven, dan is dat een bewuste keuze en dan wil dat zeggen dat iedereen, of toch bijna iedereen, jou aanvaardt. Uiteraard is het jammer dat je dan op een bepaald moment misschien geen toestemming meer zou hebben om bij je vertrouwde ploeg te blijven spelen.
Voor sommigen is de stap van een mannen- naar een vrouwenploeg (of omgekeerd) ook gewoon te groot. Daar ligt echt een drempel, of toch voor mij. Ik heb al meermaals gezegd dat ik graag weer de draad zou oppakken, maar naar een club stappen en de vraag stellen om bij hen te komen spelen, tussen de mannen, is vrij moeilijk. Ik heb bijvoorbeeld eens een wedstrijd gespeeld tussen de mannen, maar ik ben niet groot en ook niet breed. Ik ben over het algemeen niet bang om in duel te gaan, maar toch sloop die twijfel er soms in.
VERTROUWENSPERSONEN
Ik neem mijn transitie bewust niet mee naar een sportclub. Toen ik nog bij de dames speelde, wist mijn ploeg bijvoorbeeld niet dat ik niet goed in mijn vel zat. Ik had wel mijn trainer op de hoogte gebracht. En ook op school waren leerkrachten op de hoogte.
Ik heb overal steun gehad. Meer dan steun zelfs. Mijn docent L.O. begreep dat ik niet langer bij de meisjes wilde omkleden, dus vroeg me wat ik nodig had. Ik mocht me omkleden bij de jongens, in de toiletten of in zijn kleedkamer. Wat het beste aanvoelde, mocht ik doen. Die had daar alle begrip voor. Dat doet deugd. Dat was ook heel belangrijk, want die L.O.-lessen waren op een bepaald moment mijn enige ervaring met sport. Daar kon ik dan weer even alles loslaten.
Ik heb mijn trainer en L.O.-leerkracht in vertrouwen genomen omdat er een vrij goede klik was. Als zij respect hebben voor jou en jij voor hen, dan is dat gemakkelijk. Anders ga je die klik niet hebben. Het blijft wel even twijfelen en wat beangstigend, omdat sommige leerkrachten bijvoorbeeld niet goed weten hoe ze ermee moeten omgaan. Daardoor zeggen ze soms dingen die kwetsend kunnen overkomen of kunnen ze geen oplossing bieden.
Ik moet weten dat er een vertrouwenspersoon is om te kunnen beginnen, want je kan het niet allemaal alleen dragen. Of een aparte kleedkamer, al weet ik dat ze dat niet meteen kunnen vrijmaken. Maar als je dan eens een mindere dag hebt waarop je je toch niet genoeg man of vrouw voelt, dan kan je toch ergens douchen.
NOOD AAN VERANDERING
Hoewel ik overwegend positieve ervaringen heb gehad, en bij een aantal mensen terecht kon, had ik daarbuiten niet echt iemand om inspiratie of troost bij te vinden. Ik vind trouwens dat er in de sport nog veel te weinig rolmodellen zijn. Ik mis het sporten nu wel. Ik wil weer beginnen, het voetbal opnieuw opnemen, terug sporten. Dat is zo’n grote uitlaatklep en dat mis ik in mijn leven, maar je voelt je zo snel een buitenbeentje. Dat maakt het heel moeilijk om de stap naar sport terug te zetten.
Ik voel wel dat er goede bedoelingen zijn, maar die komen er niet altijd uit. Vandaar ook die twijfel en angst toen ik het vertelde aan mijn leerkrachten. Er zijn volgens mij wel een aantal zaken die trans en non-binaire personen kunnen helpen om te (blijven) sporten, zoals een webinar of werken rond pestgedrag. Een vertrouwenspersoon kan daarin ook helpen, zodat ze daarbij terecht kunnen en dat er ook onmiddellijk wordt ingegrepen vanuit de club. Beginnen met pesten en verkeerde opmerkingen geven, brengt de bal aan het rollen. Dan moet de club ingrijpen en laten weten dat dit niet kan.
Een vertrouwenspersoon is voor mij iemand die ervaring heeft binnen de community maar die ook wel kennis heeft van de sport en een goede klik heeft met de persoon in kwestie. Die vertrouwenspersoon moet ook weten hoe die moet reageren bij opmerkingen of pestgedrag. Dat kan om het even wie zijn binnen de sportclub. Als je je als trans of non-binaire persoon aanmeldt, is het fijn dat de club meteen kan zeggen: “Dit is uw vertrouwenspersoon”. Dan kun je meteen naar die persoon toestappen als er iets is en niemand anders hoeft dat te weten.
Op die manier toont de club ook dat ze zelf hun best doen om een veilige omgeving te creëren. Op dit moment ligt de verantwoordelijkheid om te kunnen sporten grotendeels bij mij, maar de club moet ervoor zorgen dat iedereen veilig genoeg is om bij hen te kunnen sporten. Ik had het voordeel dat ik steeds iemand kende. Ik kan mij voorstellen dat als je in een ploeg terechtkomt waar je niemand kent, dat het dan heel moeilijk is om naar iemand toe te stappen. Op zo’n moment zou het makkelijk zijn als je weet dat de club inspanningen doet voor een veilige sfeer. Uiteindelijk is iedereen daar toch voor hetzelfde doel en voor dat ene ding: sporten.
___