Ik fiets al sinds mijn tien jaar. Vroeger reed ik met mijn BMX in de straten van Long Island op weg naar school. Ik leerde single speed en fixed gear fietsen toen ik naar New York City verhuisde voor de hogeschool. Nadat ik afstudeerde, vond ik werk in een fietswinkel en zo begon de bal te rollen. Ik ben een competitief persoon en fiets eigenlijk al mijn hele leven. Het was altijd al de sport die voor mij meteen voor handen lag.
Dit is mijn eerste seizoen dat ik officieel race en voor het eerst ook binnen een team, namelijk #FoxyMoxy. Ik probeer van zoveel mogelijk verschillende disciplines te proeven om te zien wat mij bevalt. Mountainbiken vind ik alvast erg leuk, dus misschien probeer ik te ontdekken hoever ik daar in kan geraken. Plezier hebben en hopelijk een keer of twee het podium bereiken, is genoeg ambitie voor mij. Dit allemaal doen als een open transatleet is het belangrijkste doel.
Enkele jaren geleden kwam ik uit de kast bij vrienden en familie omdat het de enige manier was dat ik mezelf zag overleven. Tenminste met de hoop op een gelukkig leven. Op dat moment was het mentaal niet echt een keuze maar eerder een noodzaak. Ik probeer nu meer zichtbaar te zijn dan toen, want ik wil een sociaal klimaat aanmoedigen waar andere jonge transatleten enthousiast kunnen zijn over hun beslissingen in plaats van schaamte of angst te voelen. Op mijn werk ben ik nog niet volledig uit de kast, want ik spendeer veel tijd in het ontmoeten van vreemde mensen. De kans op onderlinge spanningen beperken is belangrijk voor mij om mijn mentale gezondheid te bewaren.
Wanneer we onze stem vinden, moeten we die gebruiken om volume te geven aan diegenen die hun stem nog moeten vinden.
Ik hou van fietsen, en ik voel me wel goed in een competitieve omgeving, maar door mijn genderidentificatie en transitie twijfelde ik heel erg om deel te nemen. Wanneer officiële categorieën strikt volgens geslacht en binair zijn, vergt het enorm veel energie om met deze definities te onderhandelen. Ik heb een enorme hekel aan conflict en wanneer je bestaan en participatie wordt beschouwd als transgressief, is een conflict beginnen haast onoverkomelijk.
Ik wou dat, toen ik jonger was, ik iemand had die mij het onderscheid uitlegde tussen mijn mannelijkheid en mijn atletisch vermogen. Het zou mij geholpen hebben om mijn “levensreis” sneller aan te vatten mochten die twee van elkaar losgekoppeld worden en mocht ik vroeger beseft hebben dat vrouwelijkheid nog steeds badass en agressief kan zijn. Mijn transitie begon vooraleer ik in competitie fietste dus mijn LGTBQI helden komen meestal van buiten de sportwereld: Laura Jane Grace, Julia Serano en alle vergeten met-stenen-gooiende gekleurde transvrouwen die Stonewall leidden. Chris Mosier volgt mij ook op Instagram, dus dat is heel cool.
Ik stapte in een team (#FoxyMoxy) van wie hun missie expliciet is om trans- en non-conforme genderparticipatie in sport te promoten, daarom was er geen nood aan een “coming-out” binnen mijn team. We zitten allemaal op dezelfde golflengte wat gender en seksualiteit betreft. Het is fantastisch om in een team te zitten met mensen die dezelfde doelen en ervaringen hebben in de sport. Ik zou niet zoveel zelfvertrouwen hebben om aan een race mee te doen zonder hun continue aanmoediging en steun. Ik participeer als een out transatleet omdat ik mijn grenzen wil verleggen en ervoor wil zorgen dat de sport een verwelkomende en steunende omgeving wordt. Zo zullen andere transatleten hun beslissing kunnen maken met hetzelfde gemak als ieder ander. Hoewel er al een aantal ongelofelijke vrouwen en queer mensen zijn die dit werk doen, is er altijd ruimte en nood aan meer gelijkstemden.
Slechts weinig kracht- en fitnessgebaseerde sporten omarmen momenteel transgenderatleten en hebben strenge genderverdeelde categorieën.
Tot dusver zijn de meeste leden van het vrouwenwielrennen erg verwelkomend geweest tegenover mij en tegenover de hele trans/femme/non-conforme gendergemeenschap. Er worden vaak ruimtes gecreëerd die expliciet verwelkomend zijn. Ik heb nog geen enkele negatieve reactie gekregen van anderen. Maar ik ben dan ook nog vrij nieuw en race in lage categorieën met weinig op het spel. De omgeving kan wel anders zijn bij de top. De problemen die ik ervaarde waren meestal van structurele aard, bijvoorbeeld onduidelijkheid bij de regels over gendercategorieën of wedstrijdpersoneel die assumpties maakt over mijn racecategorie, of zelfs strikt binaire kleedkamers waarbij niet altijd rekening wordt gehouden met de noden en veiligheid van transgenders of de non-conforme gendergemeenschap.
Voor dat ik wielrennen deed, speelde ik lange tijd voetbal bij een van de enige samengestelde ploegen in de lokale competitie. Ik denk dat het seksisme op het veld daar veel erger was dan de homofobie (alhoewel er toen niemand openlijk uit de kast was). Dit ondervind ik ook deels in het wielrennen. Als trans femme kan ik niet spreken over de transgenders die van vrouw naar man gingen en bij de herenteams spelen, maar de ongelijkheid tussen het professioneel vrouwen- en mannenwielrennen is minstens even zorgwekkend als de omgang en aanvaarding van queer- en transatleten. Het is soms heel frustrerend om als transgender te strijden in het vrouwenwielrennen terwijl we daar ook nog aan het vechten zijn voor erkenning van het vrouwenwielrennen en nood hebben aan organisatorische en financiële steun. Hoe verder ik uit mijn fietsomgeving van New York City ga, hoe heteronormatiever, witter en welstellender de wedstrijden worden. Wanneer deze verschuiving gebeurt, is er een merkbaar verschil bij de vertrouwdheid en comfort van mensen over queer en trans problemen en participatie. Toch heb ik nooit rechtstreekse vijandigheid ervaren.
Slechts weinig kracht- en fitnessgebaseerde sporten omarmen momenteel transgenderatleten en hebben strenge genderverdeelde categorieën. Ik denk dat de jonge stedelijke fietsvoorhoede die hun roots dragen in queer- en punkgemeenschappen grote stappen maakten om de sport open te stellen voor vrouwen, queers en transgenders. Het officiële wielrennersestablishment is veel trager om te reageren, maar deze zomer kondigden ze aan om hun genderbeleid te herzien zodat vele amateurs zichzelf erin kunnen vinden. De toekomst ziet er redelijk veelbelovend uit.
Enkele jaren geleden kwam ik uit de kast bij vrienden en familie omdat het de enige manier was dat ik mezelf zag overleven. Tenminste met de hoop op een gelukkig leven.
Sinds ik uit de kast ben, is het schrijven van het beleid en de erkenning van het bestaan van transgenders binnen de sport is geëvolueerd van een non-topic naar een punt van discussie. Die algemene dialoog van inclusie en zelfidentificatie heeft niet dezelfde snelheid van sociale progressie binnen de bredere massamedia. Zo zijn er dit jaar al minstens 14 gekleurde transvrouwen vermoord in de US, dus de mogelijkheid die ik heb om me op sport te focussen terwijl ik fysiek relatief veilig ben is niet iets wat geldt in heel Amerika.
Het zal enkel beteren als we samenwerken om het beter te maken. Wij als queers en transgenders leven in een relatief opener wereld door de queers en transgenders die voor ons kwamen en in het verleden voor hun rechten vochten. Wij moeten hetzelfde doen voor diegene na ons. Deze woorden van Audre Lorde hebben mij meer dan eender welke quote geraakt en geïnspireerd om verder te doen: “Jouw stilzwijgen zal je niet beschermen”. Er is geen ondubbelzinnige veilige passage in het leven en dus heb ik geen echte keuze dan uit de kast en open te leven. Wanneer we onze stem vinden, moeten we die gebruiken om volume te geven aan diegenen die hun stem nog moeten vinden.