De laatste zeven jaren speel ik basketbal, maar daarvoor deed ik trampoline en tumbling sinds mijn zesde. Ik spendeerde zo’n dertien uur per week ik de turnhal. Als ik vroeger was beginnen basketballen, zag mijn jeugd er misschien wel helemaal anders uit, want ik heb een lange weg afgelegd.
Omdat ik op een meisjesinternaat zat en ook in de turnclub zat, heb ik een tijdje met mijn geaardheid geworsteld. Het hielp niet dat ik enkel meisjes kende uit de turnclub en ik helemaal geen jongens kende. Ik bleef er dus van overtuigd dat ik gewoon de ‘juiste’ kerel nog niet was tegengekomen. Pas toen ik op de universiteit zat, werd ik zekerder over wie ik was. Ouder worden bracht me raad. Het hielp niet dat ik enkel meisjes kende uit de turnclub en ik helemaal geen jongens kende. Ik bleef er dus van overtuigd dat ik gewoon de ‘juiste’ kerel nog niet was tegengekomen.
Toen ik mijn eerste liefje had, heb ik het pas zelf aan mijn gymnasten verteld. Eén meisje wist het al, ze was mijn buurmeisje en ik had een goede band met haar. De rest van de groep kwam het eerder toevallig te weten tijdens een wedstrijd. Ze waren op mijn fototoestel aan het kijken en vroegen me of ‘mijne lover’ er niet opstond. “Ja”, zei ik en dus zochten ze het toestel af naar foto’s van een jongen. Ze vonden geen en enigszins teleurgesteld gaven ze mijn toestel terug. Ik had gelogen volgens hen. Maar ik bevestigde nogmaals dat mijn lief er echt wel opstond. “Maar dat kan niet!”, klonk het. Tot eentje het snapte: “Ja maar, dan is ’t een meisje?” “Ja”, zei ik. En hun reactie was heel simpel: “Ja, zeg dat dan!”, en ze begonnen opnieuw te zoeken. Geen enkele gymnaste die er een probleem van maakte!
Als trainer raak je je gymnasten vaak aan bij het helpen uitvoeren van hun oefeningen. Dus ik vroeg hen toch eens of ze dat dan niet vreemd vonden, maar daar hadden zij zelf nooit bij stilgestaan. Ik verwachtte meer problemen, maar ervoer er geen. Ik kreeg van mijn gymnasten heel leuke reacties toen ik eindelijk uit de kast kwam.
In tegenstelling tot turnclubs, zijn basketbalclubs vaker gemengd en zijn er naar mijn gevoel ook veel meer openlijk lesbische meisjes. Mocht ik van kleins af aan gebasketbald hebben, dan was dit voor mij sneller duidelijk geweest. Turnen is zeer individueel terwijl basketbal een teamsport is en je dus veel meer vrienden maakt. Of misschien voelde ik me gewoon alleen in de turnclub.
Aan mijn jongere zelf zou ik zeggen: Je bent wie je bent, daar kan je niets aan veranderen. Jezelf aanvaarden is zo belangrijk.
Als je het moeilijk hebt, is het goed om iemand in vertrouwen te nemen. Deel je gedachten, emoties en twijfels met iemand in je omgeving bij wie je ‘geheim’ veilig is. Je bent echt niet alleen… en op die manier dus ook letterlijk niet alleen. [Ik was heel blij dat mijn broer snel op de hoogte was en dat ik wist dat ik bij hem terecht kon. Dat gaf me ergens rust: hij wist het en toch bleef hij gewoon mijn broer die alles zou doen voor zijn kleine zus.
Aan mijn jongere zelf zou ik zeggen: Je bent wie je bent, daar kan je niets aan veranderen. Jezelf aanvaarden is zo belangrijk. Iedereen heeft wel ooit een moment waarop ze schrik hebben om niet aanvaard te worden, maar als dat gebeurt dan is dat een verlies voor de ander. Jij bent de persoon die jou niet aanvaardt beter arm dan rijk.